VETERANEN VERHALEN

Op deze pagina kunnen Veteranen van de Vereniging hun bijzondere herinneringen of verhalen laten plaatsen




Vets visiting a vet: BIA in der Schweiz

Vets visiting a vet: BIA in der Schweiz

Paul Hordijk, Willem Landman, Fred Gras en Corné van Overveld. Luchtmobielen van het eerste uur. In mei 1992 kwamen we voor het eerst bij elkaar in een toen nieuwe eenheid, na de uitzending in 1994 werd die directe samenwerking door overplaatsingen al weer verbroken. Maar een band was gesmeed en al in het begin van 1995 kwamen we weer bij elkaar voor de eerste ‘foto-avondjes’ zoals we die in het begin noemden. Een traditie was geboren –sinds die tijd komen we elk jaar nog zo’n keer of drie bij elkaar. De laatste 5 jaar ook met langere tussendoortjes van een dag of 3, die we maar ‘Battle Field Tour’ hebben gedoopt (om de schijn van militaire interesse tussen het gezuip hoog te houden). Battle Field Tour, waarvan de terugkeer naar Srebrenica in de zomer van 2017 de eerste was.

Het wordt wat lastiger te organiseren als één van ons met het gezin verhuist naar Zwitserland. Even een avondje op en neer om bij te kletsen met de BIA’s is er dan niet meer bij. En Zwitserland is nou net zo’n neutrale rakker in Europa dat er ook weinig battlefields te vinden zijn. Ondanks dat alles was de trip, de BFT 2022 op een avondje in december, snel bepaald. Met de kanttekening dat Fred (de Zwitser) in het ongewisse moest worden  gelaten. Natuurlijk hadden we wel zijn partner Eva in het complot betrokken. Het zou wat lullig zijn als we bij het passeren van de grens de Audi van de familie Gras de andere kant op zouden zien zoeven….

Vroeg op de zaterdag voor Pasen trokken we welgemoed zuidwaarts. Dat schijnt ‘Stille Zaterdag’ te zijn, maar daar is weinig van te merken. De sfeer in de auto is direct jolig en de tranen van het lachen liggen vóór we bij Venlo Duitsland intrekken al in een plasje op de vloer. Terwijl Willem gedurende de reis en ook na aankomst in verbinding blijft met Eva, weet Fred nog steeds van niets. Als we op Paaszondag dan ook voor hem totaal onverwacht voor de deur staan worden we begroet met een blik als van een aap op een roestig horloge en een allerhartelijkst “Aan de deur wordt niet gekocht, stelletje klootzakken”.  Voor Fred wordt op dat moment duidelijk waarom hij op zaterdag een afgrijselijk grote plaat lasagne heeft moeten maken en waarom toch al die halve liters bier moesten worden ingeslagen. De BIA Dutchbat zijn weer compleet en daar geniet de hele buurt uitbundig van mee.

Fred woont meesterlijk mooi met zijn gezin. Aan het randje van Lugano is het goed toeven. Het is ook prachtig weer als we er zijn en het voorjaar knalt ons aan alle kanten tegemoet. We maken een sight-see tochtje in de omgeving en kunnen alleen maar jaloers zijn. Voor elk wat wils: prachtige huizen, schone straten, (steile) wegen om te fietsen, (nog steilere) trails om te mountainbiken en 360 graden rondom bergen en blauwe lucht. De tocht door de omgeving eindigt natuurlijk op een zonovergoten terras, waar de door de reis en de warmte droog gevallen kelen door de plaatselijke brouwer worden gesmeerd. We zitten daar met vieren of er nooit iets is veranderd en eigenlijk is dat ook zo. Een middag gevuld met de nodige ouwe koeien en bijkletsen over nu. We hebben in no-time het terras verbaal overgenomen. Zoals het op een BIA Battlefield tour ook hoort te zijn.

De avond staat in het teken van het soldaat maken van de lasagne van een halve vierkante meter (en 5 cm hoog). Zoon Levi heeft Fred geholpen en het resultaat is heerlijk. Nu hebben we ook tijd om met Eva bij te kletsen. Het gaat lekker op de internationale school waar ze lesgeeft en het bevalt blijkbaar van twee kanten uitstekend: de volgende contractverlenging is in elk geval al weer binnen! Biertje, wijntje, sambal en koffie maken de avond compleet (vreemde combinatie bij de lasagne? Ach ja…) Er worden plannen gemaakt voor een hike de volgende dag. Dat kan natuurlijk niet zonder grondige voorbereiding.  Kaarten worden bestudeerd, kompassen geijkt en de eerste winstwaarschuwingen uitgesproken. We zijn ten slotte de jongsten niet meer (al zien we er nog goddelijk uit – en ja: Bacchus is ook een god!)

De hike gaat echter aan Paul voorbij. De combinatie koffie en sambal heeft die nacht een ongewenste uitwerking op zijn darmen: een nest marmotten zit op het randje om er steeds uit te floepen en dat loopt niet erg relaxed. Met z’n vieren dan maar. Zoon Levi heeft duidelijk goed geslapen (bovendien niet zoveel kilootjes mee te slepen én een focking goeie conditie) Terwijl Willem, Fred en Corné met stokken de berg proberen lek te prikken, schiet die aap als een raket IN LOOPPAS naar boven. Mooi om te zien, maar enige frustratie kan niet worden ontkend…. en de neiging om af en toe een stok tussen zijn benen te steken maar nauwelijks onderdrukt. Het is een prachtige tocht. 12 kilometer en de nodige hoogtemeters op bijna 2000 m hoogte maken het tot een flinke uitdaging voor de polderboys. Maar wat een vergezichten! Het gehijg is niet van de lucht, regelmatig onderbroken door een ‘ZOEF’ als Levi weer eens langs dendert.



Het is ook op deze maandag kristalhelder en we kunnen tot ver in Italië en Frankrijk de nodige Alpenreuzen op afstand zien shinen in de zon. Het is pas midden april, en er ligt ook nog volop sneeuw onderweg. Dat blijft een mooi verschijnsel: lopen in je korte broek en korte mouwtjes, terwijl je enkeldiep in de sneeuw wegzakt. We lopen tactisch: Fred en Willem voorop (het zijn ten slotte niet voor niets Commando-verkenners) en Corné in de achterhoede (rugdekking – je kunt niet zonder) Het tempo zit er ook lekker in, niet in de laatste plaats vanwege de belofte van een grote pot bier bij de finish. Dat vinden we op een terras vlak bij het huis van Fred. Eva komt ook nog even aanzeilen, wat ons mooi in de gelegenheid stelt afscheid te nemen van haar – ’s avonds zal ze er niet bij zijn.

En dan is het na een hete douche al weer tijd voor het laatste avondmaal. In een restaurantje met een fabuleus uitzicht (ten minste… zeggen ze… we zijn binnen gaan zitten. Er staat best een fris windje en we lopen ook al tegen de zestig hè…) worden de laatste grappen en grollen verdeeld tussen het verorberen van pizza’s, bier en tiramisu. Het is altijd te kort, want het is ook altijd direct goed. Hoe lang we elkaar ook niet gezien hebben, de hartelijkheid en het gevoel van broederschap is er meteen – elke keer.

We delen ook niet zó maar iets met elkaar. Dat zullen andere Veteranen ongetwijfeld herkennen. We komen van dezelfde plek, al hebben we sindsdien andere paden bewandeld. Natuurlijk zijn er ook verschillen en die komen er tijdens mooie discussies ook uit. Hoogoplopend zelfs en dat waren ze in Zwitserland trouwens óók niet overal gewend…. (ze zijn niet voor niets neutraal ….). En zo hoort dat ook. In 1992 zijn we begonnen om met elkaar een band op te bouwen, die dertig jaar na dato nog steeds ijzersterk is. Elke keer weer genieten.

Dinsdagochtend staan we vroeg op voor de terugreis. Als we om 06.20 (bijna) langs het huis van Fred rijden zien we hem daar ineens aan de kant van de weg staan. Kon hij het toch niet laten om nog even een laatste omhelzing te komen geven. Een mooi einde van een mooi weekend. De vanzelfsprekendheid van de lol die we met elkaar hebben, van de warmte die we met elkaar delen doet bijna vermoeden dat we het allemaal voor lief nemen. Niets is minder waar. We zijn ons er zeer van bewust dat dit heel bijzonder is. Afstand en tijd lijken daar geen vat op te hebben. Dat koesteren we, onderweg naar de volgende Battlefield Tour. 


Brothers in Arms

“En neem ook wat halve liters gewoon bier mee,” zegt mijn vriendin. “Vreemd” dacht ik nog: Ik ben zelf niet zo’n “gewoon” bierdrinker. Als ik al een biertje drink dan liever een Trappist. En zijzelf drinkt liever wijn. Het zal wel voor collega's van haar zijn, die in het Paasweekend langs gaan komen.

 

Zaterdagochtend, 16 April; de bel gaat. Ik roep naar onze oudste zoon, “Levi, doe de deur even open!” Hij roept, “Nee, dat gaat niet, ik ben bezig!” “Ik ook” denk ik; een fotootje sturen van het mooie weer hier in onze “Brothers in Arms” whatsapp groep, die ik deel met drie (ex-) collega’s, waarmee ik als onderdeel van Dutchbat 1 naar Srebrenica ben geweest. Het bericht gaat vergezeld van een mooie volle zon. Terwijl ik naar de voordeur loop, krijg ik een berichtje terug: “Hier ook”. Het bericht is voorzien van een foto met een volle zon.

 

Op weg naar de voordeur krijg een 2de bericht, dit keer alleen een foto met een brievenbus. “Verrek” denk ik, “Die brievenbus ken ik”. Nog voordat ik de deur open doe herken ik de brievenbus: “Dat is onze brievenbus!”. Ik open de deur en sta recht tegenover: Paul Hordijk, Willem Landman en Corné van Overveld, de drie van de whatsapp-groep.

 

Het gebeurt me niet vaak, maar ik ben even sprakeloos. “He, kl..tz. kk.n, aan de deur wordt niet gekocht! Kom binnen!” Wat volgt zijn omhelzingen(handen geven doen we nooit, heeft overigens niets met Corona te maken), gelach en schouder kloppen.

“We zitten net aan de koffie”. Terwijl ik ze voor ga de trap op, wordt het me ineens ook duidelijk waarom ik voor 8 man Lasagne moest maken. “Wisten jullie dit?” vraag ik aan mijn vriendin en zoon. “Jaaa” klinkt het in koor. 

Na de koffie met gebak (waar kwam dat nou ineens vandaan?) laat ik ze het huis (vooral het uitzicht) en de omgeving zien. Omdat het lekker weer is besluiten we naar Morcote te gaan, vlakbij de Italiaanse grens aan het meer van Lugano. Op het terras in het zonnetje nemen we een biertje en onderling wordt uitgemaakt wie deze dag de BOB is, ik mag niet meedoen.

 

Terug in Lugano, gaan we voor Ticinese begrippen vroeg aan tafel het wordt 's avonds niet te laat, omdat mijn vriendin het plan heeft de volgende dag een wandeling te gaan maken met behoorlijk wat hoogte meters.

De Brothers slapen in een hotelletje een kilometer of 6 van ons huis. We spreken de volgende dag af om 8:30. Als ze weg zijn zeg ik 8:30 is bij Willem 8:25 dus we moeten op tijd opstaan. 

 

De volgende ochtend, 6:45 sta ik op. Ik maak het ontbijt, alleen de porties maak ik anderhalf keer zo groot.

Mijn vriendin schuift ook aan, maar ontbijt niet mee. “Waarom ben je al zo vroeg op?” vraag ik. “Jullie vergeten nog wel eens wat,” antwoordt ze. 8:25 uur gaat de bel, “Huh, het is precies de tijd die jij had gezegd” roept Levi. Nog even een snelle bak koffie en vervolgens rijden we in 1 auto naar het beginpunt van de wandeling. Mijn vriendin blijft thuis om de nodige voorbereidingen te treffen voor de avond en is nog druk met nakijken van werkstukken van leerlingen van haar school.

 

Vanaf de voet van Monte Tamaro nemen we de lift naar boven. “Zo, dat hoeven we al niet meer te lopen” hoor ik achter me. Levi en ik glimlachen, wij hebben de route al vaker gelopen.

Nadat we de lift verlaten hebben volgt er een 18 kilometer lange wandeling die continu naar boven en weer naar beneden gaat. Gelukkig hebben we wandelstokken meegenomen. Levi wil de gids zijn. Hij rent continu voor ons uit en rent ons daarna weer tegemoet, om vervolgens op een uitkijkpunt op ons te wachten. Na een uur komt hij naar me toe en fluistert, “Kunnen jullie niet harder?”.“Niet meer” antwoord ik`. “Maar jullie zijn toch militairen?” “Maar wel 55+” zucht ik. 

 

Na ruim 6 uur komen we op het eindpunt aan. De zon heeft de hele dag geschenen. We hebben honger en dorst. Paul is de BOB, als we weer in Lugano zijn aangekomen, zetten The Brothers mij op de parkeerplaats af bij mijn huis. Zij rijden door naar hun hotel en komen na de douche weer naar ons huis. Ik loop vanaf de parkeerplaats “iets minder soepel” dan Levi naar ons huis.

Naar ongeveer een uur zijn we niet fris, maar wel gewassen weer compleet. De Lasagne gaat vergezeld van “wat vocht” in 1 keer op.

 

“Waar is Yasha (onze jongste zoon) eigenlijk?” vraagt Corne. Ik vertel hem van het voetbaltoernooi in Italië en dat hij pas overmorgen terug komt. 

“Dan hebben we een mooie reden dit nog eens over te doen” Daar zijn we het allemaal over eens.   


Share by: